Column • Het wordt tijd dat clubs ingaan tegen de boeteterreur van de UEFA

Als bij Feyenoord een e-mail van de UEFA binnenkomt, gokt de directie op de hoogte van de boete en waarvoor die nu weer zal zijn.
Afgelopen week was het weer zover: Feyenoord ontving een e-mail uit Zwitserland.
Pieter Smorenburg trapte af: ‘Volgens mij is er niks gebeurd, dus ik gok op €15.000’.
‘Dan zeg ik €5.000’, volgde de altijd optimistische Ruud van der Knaap.
Dennis te Kloese ging ertussenin zitten: ‘Ik houd het op €10.000. Meer kan het niet zijn, want er is niks gebeurd’.

De boete voor Feyenoord bedroeg €16.500. Pieter Smorenburg zat er het dichtst bij, dus hij moest trakteren op koude kroketten.
Het bezoek van Feyenoord aan Glasgow en Celtic Park verliep zonder wanklank, maar de UEFA zou de UEFA niet zijn als het niet toch weer iets had gevonden om een boete voor te geven: het gooien van voorwerpen. Wat er gegooid is, zegt de UEFA er niet bij.
In gedachten zie ik op het hoofdkantoor van de UEFA een man grabbelen in een bak met lootjes met namen van clubs erop. Daarna grabbelt hij in een tweede bak met lootjes met verschillende bedragen. Uit een derde bak trekt hij een lootje met de reden van de boete.
Dat moet dan als volgt zijn gegaan. Uit bak 1: 'Feyenoord Rotterdam'. Uit bak 2: '16.500 euro'. Uit bak 3: 'Gooien van voorwerpen'.
‘Wat is er gegooid?’, vraagt zijn collega.
‘Weet ik veel. Er wordt altijd wel wat gegooid.’
‘Vuurwerk?’
‘Nee, geen vuurwerk.’
‘Munten?’
‘Nee, ook niet.’
‘Wat dan? We moeten toch zeggen wat er is gegooid?’
‘Waarom moet dat? Wij zijn de UEFA, wij zijn de baas.’
Clubs zijn overgeleverd aan de willekeur van een stel machtsbeluste mannetjes in Zwitserland. Je hoort de clubs brommen, maar ze laten het gebeuren, want als je tegen de UEFA ingaat, ben je de jaren daarna helemaal aan de beurt.

Afgelopen week kwam de Super League weer in het nieuws. Feyenoord werd genoemd als een van de clubs die voorstander zijn van die nieuwe Europese competitie. Feyenoord haastte zich dit te ontkrachten, bang om de UEFA tegen de haren in te strijken. De UEFA heeft al eerder gedreigd met zware straffen voor clubs die aan de Super League willen deelnemen.
Wie er wel tegenin ging was die supporter die van de KNVB tien jaar stadionverbod kreeg en dat tot aan de rechter aanvocht. Ook de KNVB deelt voor de gekste dingen stadionverboden uit. Voor wildplassen of voor het dragen van een kledingstuk dat gewoon in de winkel te koop is maar dat ze in Zeist niet aanstaat. De meeste supporters accepteren morrend hun straf, omdat zo'n beroepsprocedure naast heel veel tijd ook nog duizenden euro's kost. De supporters die wel in beroep gaan, krijgen bijna altijd gelijk. Ook deze supporter. De rechter vond de procedure onzorgvuldig en de straf buiten proportie. Het stadionverbod van tien jaar werd teruggebracht naar anderhalf jaar.
Het wordt tijd dat clubs dit voorbeeld volgen en een eind maken aan de boeteterreur bij de UEFA.

Frans