“Het gaat nu goed, maar we hebben nog niets"

Sinds Fredrik Aursnes werd verkocht aan Benfica, ging het dit seizoen vaak over de ‘nummer 6-positie’. Een vervanger van de Noor kwam er niet. En toen was daar Mats Wieffer, al vroeg in de zomerse transferwindow overgekomen van Excelsior. 

Wieffer lijkt op ‘6’ het ontbrekende puzzelstukje te zijn waar trainer Arne Slot zo naarstig naar op zoek was. “Ik focus mij op de 6 en 8 positie”, zegt de middenvelder in gesprek met Hand in Hand. “Op ‘6’ moet ik meer controlerend spelen. Dat was in het begin wel even wennen, omdat ik toch nog te veel de neiging had om naar voren te rennen. Dat gaat steeds beter. Ik denk dat mijn kwaliteit is dat ik andere spelers beter laat spelen. Als ik zorg dat ik de controle en rust houd, dan hebben Sebastian Szymański en Orkun Kökçü meer vrijheid om naar voren te gaan. Ik denk dat we het goed hebben ingevuld, de afgelopen weken.” Wieffer kwam in het elftal toen Quinten Timber geblesseerd raakte en pakte zijn kans. Toch zijn de verschillen in de selectie klein. “Het gaat nu lekker, maar één slechte wedstrijd en je kan er weer naast staan. Zo gaat dat in de voetballerij, helemaal bij een topclub als Feyenoord met zoveel goede spelers.”

In de Eredivisie is het ongekend spannend. Meerdere clubs staat dicht bij elkaar en in de race om het kampioenschap. Dat Feyenoord bovenin meedraait vind Wieffer terecht, al bekijkt hij het van wedstrijd tot wedstrijd. “We hebben nergens punten gestolen, en ik denk zelfs dat we ons hier en daar niet beloond hebben. Zoals tegen Ajax en FC Twente, waar we grote delen van de wedstrijd het veldoverwicht hebben, maar uiteindelijk niet de drie punten pakken. Dat is de volgende stap die wij moeten zetten. Het staat zo dicht bij elkaar allemaal, als je twee keer verliest, kan je zomaar vierde staan.” Wieffer wil nog niet vooruit lopen op een eventueel kampioenschap van de Rotterdammers. “Het gaat nu goed, maar we hebben nog niets; dat realiseren we ons als spelersgroep. We moeten iedere wedstrijd weer ons niveau halen, punten pakken en keihard werken om er een speciaal seizoen van te maken.”

De in Borne geboren middenvelder belandde via Jong FC Twente en Excelsior in Rotterdam-Zuid. Hij voelt zich inmiddels thuis in de havenstad. “De Rotterdamse mentaliteit van ‘geen woorden, maar daden’ past wel bij mij, ook al zijn we in Twente niet zo direct als hier.” Wieffer wil alles uit zijn carrière halen. Zo weet hij precies waar hij goed in is, maar ook waarin hij zich kan verbeteren. “Ik ben een speler die hard werkt voor het team, altijd de volle 100% geeft en fel is in de duels. Ik ben rustig aan de bal, zoek naar de oplossing vooruit en probeer het spel te versnellen. En ik heb veel loopvermogen. Ook al is er nog ruimte voor verbetering. Zoals in de kleine ruimtes sneller handelen. Ik heb daarin al wel stappen gezet, maar het kan nog beter. Ik zou ook graag nog beslissender willen zijn. Bij hoekschoppen bijvoorbeeld: ik lijk soms wel een magneet te hebben, zo vaak komt de bal op mijn hoofd, maar daar haal ik nog te weinig rendement uit. Je moet ook kritisch blijven op je spel, als je jezelf geen spiegel voorhoudt, dan zal je nooit een betere speler worden.”

De afgelopen weken werd Wieffer alom geprezen voor zijn sterke spel. Naast zijn schoenen gaat hij er naar eigen zeggen niet van lopen. “Kijk, ik wilde niet een profvoetballer worden voor de aandacht of om op televisie te komen. Nog altijd gaat het voor mij om de liefde voor het spelletje; dat drijft mij nog altijd, want op het veld, daar hoor ik thuis.”