Slot: "Natúúrlijk kan hij nog veel meer dan hij nu laat zien"

Santiago Giménez is in korte tijd uitgegroeid tot een publiekslieveling in de Kuip. Met de 21-jarige Mexicaan heeft Feyenoord een echte spits in huis. Bij Voetbal International wordt aandacht besteed aan de goed presterende international. 

Giménez is een echte 9. Een aanvaller die zorgt voor dreiging in de zestien én in de diepte. Waar Feyenoord dit seizoen regelmatig trefzeker is van afstand, scoorde Giménez slechts één van zijn 18 doelpunten van buiten het strafschopgebied. De spits is niet het meest betrokken in het spel, maar schiet wel met scherp. Vergeleken met de andere topspitsen in de Eredivisie, doet Giménez met gemiddeld vier schoten per 90 minuten de meeste pogingen. Tegelijkertijd is het aantal balcontacten (gemiddeld 30) juist lager dan zijn eredivisieconcurrenten.

Een nummer 9 heeft zowel voor- als nadelen in een wedstrijd. Trainer Arne Slot ziet dat zijn spits in fases van de wedstrijd onzichtbaar kan zijn. Toch weet hij dat Giménez uit het niets een doelpunt kan maken. “Een spits staat over het algemeen tegen twee tegenstanders en wordt minder vaak in het spel betrokken. Plus: hij staat het dichtst bij het doel van de tegenstander, die er dus alles aan doet om hem van de bal te houden. Zodoende is het niet onlogisch dat spitsen in delen van wedstrijden weleens onzichtbaar zijn. Maar áls ze zichtbaar zijn, hoop je op iets speciaals.”

De snelle ontwikkeling van de spits blijft niet onopgemerkt in het buitenland. Zo is er interesse vanuit Benfica, meerdere Spaanse clubs en zelfs Manchester United. Slot hoopt dat de Mexicaan niet voor een snelle stap hogerop gaat. “Ik zal hem adviseren niet te vertrekken, zodat hij zich bij ons nog verder kan ontwikkelen.” 

Want de trainer denkt dat het allemaal nog beter kan. “Natúúrlijk kan hij nog veel meer dan hij nu laat zien. Hij is net een half jaar bij ons, op een ander continent en in een andere competitie. Het zou niet goed zijn als een speler van 21 jaar nu al aan z’n top zou zitten. Santiago is nu heel erg een afmaker, maar we zijn bezig hem zo compleet mogelijk te maken. We hebben eerst getracht hem fitter te krijgen en ik vind dat dit behoorlijk goed is gelukt; hij houdt ook het steeds langer vol. Nu proberen we hem niet alleen allrounder te maken, maar hem als aanvaller ook beter te gebruiken op zijn kwaliteiten.”