“Als voetballer ben ik eigenlijk te sociaal”

“Misschien komt het echte besef van wat er allemaal is gebeurd pas tijdens de vakantie." In de nieuwste editie van het Feyenoord magazine spreekt Mats Wieffer over zijn debuutjaar bij Feyenoord dat bij tijd en wijlen als een droom voelde.

Vlak voor de grote doorbraak van Wieffer in januari 2023 kreeg hij belangrijk advies mee van trainer Arne Slot. “In de winterstop heeft de trainer tegen me gezegd dat ik meer voor mezelf moest opeisen. Als ik het ergens niet mee eens was, dan moest ik er gewoon iets van zeggen, zei hij. Nou, dat gaat allemaal goed nu. Niet dat ik dat heel vaak doe, hoor, want ik ben het er vaak ook met dingen eens hoe de zaken gaan. De trainer kwam ook vaak met dingen waarvan ik dacht: zo daar heb ik nog helemaal niet over nagedacht. Daarvoor leer je soms anders naar het spel te kijken."

Verbeterpunten zijn er nog genoeg vindt Wieffer. “Vooral fysiek kan ik nog sterker worden. Daarnaast vind de trainer dat ik nog meer voor de goal moet komen. Dat klopt ook wel. In plaats van te schieten, leg ik een bal eerder breed. Als voetballer ben ik eigenlijk te sociaal. Ook verdedigend zit er meer rek in. Als controlerende middenvelder onderschep ik veel ballen, maar ik vind wel dat ik in een tegen een duels soms nog te gretig ben en te veel op de bal verdedig. Daardoor word ik nog te vaak uitgespeeld of overtreding maak."

"Hij vond vooral dat ik beter moest worden in de duels, dat ik elke moest afpakken, maar bij liet ook zien hoe ik aan de bal beter kon worden. Mijn mindset is daarbij altijd hetzelfde gebleven. Ik ben iemand die altijd wil winnen. Dat had ik bij Excelsior ook al/ Daar werd ik soms gek als het niet gebeurde. Dat is hier eigenlijk niet anders.”

In het begin van het seizoen was het even zoeken en aftasten voor Feyenoord volgens Wieffer. ”We hadden natuurlijk een heel nieuw team met veel nieuwe jongens en moesten even kijken hoe het helemaal ging. Van de groep spelers met wie ik de voorbereiding begon, zijn er misschien drie, vier over. Belangrijk is dat we het goed met elkaar kunnen vinden. In het begin was dat even zoeken, want sommige jongens spraken nog niet zo goed Engels. Pas als je met ze kunt communiceren weet je hoe ze echt zijn.  Het zijn eigenlijk allemaal topgozers. Die teamspirit zag je ook terug in onze wedstrijden. Onze veerkracht is enorm.  Als we op achterstand komen en een tegenstander naar achter gaat lopen, dan houden wij druk. Op een gegeven moment wordt die druk te groot, waardoor wij scoren. Zeker thuis, met dat geweldige publiek erachter, wordt een tegenstander vaak automatisch naar achter gedrukt. Dan is het voor hen onmogelijk om eronder uit te komen. Daarnaast zijn we gewoon een van de fitste teams van de Eredivisie. Daar maken we vaak in de eindfase van het seizoen het verschil mee. Persoonlijk kan ik het goed volhouden. Ik ben wel een beetje een dieseltje, iemand die elke wedstrijd twaalf, dertien kilometer loopt.

Waar Wieffer in zijn Excelsior-tijd in Dordrecht woonachtig was, heeft de middenvelder nu een huis gekocht in Rotterdam. Dat is soms wennen. “Waar ik iets minder van houd, is mijn bekendheid. Steeds meer mensen herkennen mij. Ik vind het aan de ene kant wel leuk om te horen hoe mensen je waarderen, maar ik zit er niet zo op te wachten dat mensen op straat naar me gaan schreeuwen. Kennelijk hoort dat erbij, daar moet ik maar mee leren leven. Ik merk het vooral als ik in de stad kom. Als we doordeweeks geen wedstrijd hebben, Dan ga ik soms lunchen met wat jongens in het centrum van Rotterdam. Verder doe ik niet zoveel bijzonders met mijn geld. Spullen met Louis Vuitton of Gucci? Nee, dat hoeft voor mij allemaal niet, Ik blijf gewoon een beetje hetzelfde doen als wat ik eerst deed. Dat gaat tot op heden best goed.”