Berghuis: “Bij Feyenoord een mindere tijd meegemaakt, maar ook mooie tijden”

Steven Berghuis is momenteel met het Nederlands elftal op het WK in Qatar. De aanvaller heeft inmiddels aardig wat speeltijd gekregen van bondscoach Louis van Gaal. In gesprek met Voetbal International zegt Berghuis veel van Robin van Persie te hebben geleerd. Ook blikt hij terug op de commotie omtrent zijn pikante overgang van Feyenoord naar Ajax. 

Zijn overgang komt aan de oppervlakte wanneer Berghuis reageert op wat hij over zichzelf leest in de media. “Zeker de laatste jaren is er veel over mij gezegd en geschreven, maar ik heb ermee leren omgaan. Dat geeft veel rust. Je krijgt steeds beter in de gaten hoe het werkt en wat voor jou het beste is. Dat is prettig. Ik maak me niet meer zo snel druk. Ik heb door de jaren heen natuurlijk wel het één en ander meegemaakt”. Berghuis kreeg na zijn overgang veel kritiek van Feyenoordsupporters en werd zelfs bedreigd.

Berghuis zal op 22 januari voor het eerst als Ajacied in een volle Kuip aantreden tegen Feyenoord. Over zijn tijd in Rotterdam. “Bij Feyenoord heb ik een mindere tijd meegemaakt, maar ook heel mooie tijden”. 

De hectiek rondom zijn veel besproken transfer heeft hem doen relativeren. “Ik heb overal geknokt voor mijn plek. Mijn passie voor voetbal houdt me overeind. In moeilijke periodes, na een teleurstellende wedstrijd, altijd en overal. Dan ga ik de volgende dag trainen en denk: Lekker, er staat weer een nieuwe wedstrijd voor de deur. Ik heb dit al een miljoen keer gedaan, de volgende keer zal het weer beter gaan. Dat vertrouwen in mezelf heb ik opgebouwd.”

Bij Feyenoord werkte Berghuis samen met Robin van Persie, zowel als medespelers en spitsentrainer. Volgens de Oranje-international heeft hij veel aan de Feyenoordlegende te danken. “Deze voortgang is langzamerhand tijdens mijn carrière gegroeid. Het hangt ook af van de mensen die je tegenkomt op je pad. Ik heb zoals bekend bij Feyenoord heel veel aan Robin van Persie gehad. Ik heb geleerd van mensen van wie ik zag hoe zij hun sport beleven en daarmee omgaan”.