Boskamp over transferperikelen: "Dan blijft er niet veel meer over"

Als oud-speler en supporter van Feyenoord heeft Jan Boskamp altijd zijn mening klaar over de stadionclub. Ook nu het nieuwe seizoen voor de deur staat valt er weer genoeg te bespreken. In het programma De Oranjezomer van Vandaag Inside spreekt Boskamp over de huidige staat van de Rotterdammers. 

Boskamp is nog altijd erg enthousiast over het behaalde kampioenschap, al is er volgens hem ook een keerzijde. “Ik moet zeggen: ik geniet er nog steeds van. Het enige nadeel eraan is dat je kampioen wordt en je ziet ineens jongens die twee jaar geleden nog niet in de belangstelling stonden, die staan nu ineens in de belangstelling. En niet van kleine ploegjes.”

De rasechte Feyenoorder vindt het een groot compliment voor de jeugdopleiding van Feyenoord. “Aan de ene kant vind ik het leuk voor die gasten, maar ook voor de opleiding op Varkenoord. Dan spreek ik over Kökcü, Bijlow en Geertruida. Als je die bedragen hoort, dan hebben ze wel ontzettend goed gewerkt daar. Maar dan moet je zorgen dat je hetzelfde niveau terughaalt.”

Boskamp is er alleen niet zo van overtuigd dat dat gaat lukken. “Want ik denk niet dat Feyenoord 20, 25 miljoen uit gaat geven. Als je op hetzelfde niveau wil blijven moet je ook een pak geld gaan uitgeven. Ze hebben hele moeilijke tijden gehad, dan spreek ik over twee drie jaar terug, dan moesten ze elk eurootje twee, drie keer omdraaien. Nu hebben ze de inkomsten van de Champions League en de spelers die ze verkopen. Dat weten die andere clubs ook natuurlijk en die zeggen ook van ‘die kunnen wel dokken’.”

Spelers die vertrekken

De vraag is dan ook of Feyenoord weer met beperkte financiële middelen de verwachtingen kan overtreffen. “Dan hoop je dat het weer gebeurt. Daar zat natuurlijk ook een beetje mazzel bij. Maar als je nu allemaal hoort wat er gebeurt, dan blijft er niet veel meer over.”

Toch gunt Boskamp het de jongens die een overtap maken van harte. Vooral de transfer van Kökcü vindt hij interessant. “Ze hebben natuurlijk een trainer (Roger Schmidt) die al wist hoe hij speelt en die past precies in zijn manier van spelen. Dan had ik hem ook gehaald. Ik weet niet of hij hetzelfde niveau gaat halen als bij Feyenoord. Daar bedoel ik mee: bij Feyenoord was hij de baas. Daar heb je andere spelers die weer een trapje hoger staan. Het is kijken hoe hij daarop gaat reageren.”

Over de transfers van Geertruida en Bijlow heeft de analist zijn twijfels. “Ik gun het ze van harte, maar ik hoop wel dat ze spelen. Als Bijlowtje naar Manchester United gaat, dan moet hij wel spelen”, zegt Boskamp over de keeper, die onder Ronald Koeman de eerste keuze lijkt te zijn bij het Nederlands Elftal. “Gaat hij dat op het spel zetten? Dat weet ik niet.”

Vooruitblikken

Boskamp is verheugd over de versterkingen op het middenveld die Feyenoord tot nu toe heeft binnengehaald. “Thomas van den Belt vind ik echt een kanjer, maar ik hem alleen maar een paar keer gezien in de KKD. Toen speelde hij echt heel goed. Hij laat scoren, maar heeft ook scorend vermogen. Hij heeft diepte in zijn spel en kan echt heel goed voetballen. Het gat van Kökcü heb je met Zerrouki erbij opgevuld. Maar het hangt ervan af wie er nog gaat. Ik hoop ook dat Timber zijn niveau haalt, dat hij afgelopen jaar niet gehaald heeft.”

Wat er dan ook nog mag gebeuren op de transfermarkt, Boskamp verwacht dat Feyenoord in ieder geval weer om het kampioenschap meedoet. “Ik ga ervan uit dat je altijd bij de eerste drie zit. Als je nu ziet wat de mogelijkheden zijn, dan bedoel ik met de Champions League, dan moet je daarbij zitten. Al verkopen ze het hele elftal, dan moet je nieuwe spelers kopen en zorgen dat je toch weer meedoet.”

Daarbij is het aanblijven van Arne Slot een behoorlijk belangrijke factor. “Er waren zoveel ploegen aan hem aan het trekken. Hij heeft het natuurlijk ook fantastisch gedaan in de twee jaar dat hij er is geweest. Dan ben je zo eigenwijs en hoop je dat het nog beter is. Ik baal nog steeds dat we die halve finale van Ajax verloren voor de beker. Ik ben er bijna van overtuigd dat we de dubbel hadden kunnen winnen. Maar ja, je moet niet inhalig zijn, he.”