"Ik denk dat we binnen twee, drie jaar mee kunnen gaan doen"

Manon Melis timmert hard aan de weg met Feyenoord Vrouwen 1. De technisch manager van de vrouwen-tak is al volop bezig met het komende seizoen. “Met meiden die doorgaan, meiden die afvallen, nieuwe speelsters. Dit is altijd wel een drukke periode”, zo vertelt Melis in Hand in Hand.

Interviewtekst: Alex Driessen

“We gaan erop vooruit. We hebben al akkoorden bereikt met een paar leuke speelsters en wachten nu op het juiste moment om deze namen naar buiten te brengen. Maar het is wel heel spannend hoe het er volgend jaar uit komt te zien”, aldus de 136-voudige Oranje international.

Het huidige seizoen verloopt moeizaam, wat resulteerde in een trainerswissel. Tot grote tevredenheid van Melis was Jessica Torny bereid het stokje over te nemen van Danny Mulder. “Met Jessica hebben we een hele ervaren trainster binnengehaald. Ze heeft de grootste talenten van Nederland onder zich gehad in de jeugdelftallen, daarmee EK’s en WK’s meegemaakt. De afgelopen periode is ze assistent-bondscoach geweest. Ze weet dus wat er op het hoogste niveau wordt gevraagd. Die ervaring gaat ons helpen.”

Vivianne Miedema uitte onlangs in Algemeen Dagblad haar liefde voor Feyenoord en de hoop ooit nog eens voor de Rotterdamse club te spelen. Volgens Melis is de komst van de Oranje-topscorer aller tijden iets voor over een tijdje en niet al komend seizoen. “Nee, Miedema komt nog niet. Zij blijft nog wel een tijd in Engeland voetballen. Ze is een enorme fan van Feyenoord dus ik denk wel dat zij ooit naar Feyenoord gaat komen, ja. Maar nog niet volgend seizoen, dat duurt nog wel een paar jaar. Maar dat komt ooit wel, want als je zo’n topper in je team kunt hebben, is dat wel fantastisch!”

Voor Feyenoord is dit pas het tweede seizoen in de Azerion Eredivisie Vrouwen. Toch is Melis achter de schermen al een aantal jaren bezig om de vrouwen-tak succesvol te maken. “We hadden toen ik begon de doelstelling om binnen vijf jaar in de eredivisie in te kunnen stappen. Nu we dat bereikt hebben, doen we dat weer. We zien de budgetten ieder jaar een stukje omhooggaan, dus daar maken we wel echt stappen in.” De technisch manager wil sportief gezien de komende seizoenen vooruit. “We willen op termijn echt die top twee in Nederland aan kunnen vallen en mee kunnen gaan in de strijd bovenin met Ajax en FC Twente. We zitten nu pas in het tweede jaar, dat vergeten mensen nog wel eens. Je wil heel snel gaan maar je moet ook realistisch blijven. Ik denk wel dat we binnen twee, drie jaar mee kunnen gaan doen met die top 2.”

 Dat de vrouwenselectie de beschikking heeft over professionele faciliteiten versneld volgens Melis het proces. “Wij hebben het grote voordeel dat we een fantastisch complex hebben en dat alle randvoorwaarden kloppen bij onze club. Dan kun je nu eenmaal ook een stuk sneller gaan. Je merkt gewoon dat je midden in een topsportklimaat zit. Als je bijvoorbeeld kijkt naar het vrouwenteam van PSV, dan zie je dat zij echt heel veel geld investeren hierin. Ze hebben een flink budget maar tóch hebben ze het heel lastig om structureel aan te haken bij deze clubs. Ook voor ons ligt daar de uitdaging, maar het is zeker wel mogelijk.”

Het vrouwenvoetbal wint hard aan populariteit en de ontwikkelingen gaan razendsnel. De Feyenoord Vrouwen worden inmiddels gesteund door supportersvereniging De Feijenoorder, wat ook Melis niet is ontgaan. “Ja, dat krijgen we zeker mee en het wordt ook zéker gewaardeerd. Dat is echt supertof en geeft toch altijd wat extra’s. We hebben al vlaggenacties en spandoeken gezien. De meiden krijgen er soms gewoon kippenvel van. Dan kun je gewoon nét even dat extra stapje zetten: het geeft gewoon wat extra energie. En je voelt ook veel waardering ls je ziet dat zoveel mensen hun tijd en energie erin steken. Supertof!” De Feyenoord Vrouwen speelden inmiddels al in De Kuip, de Johan Cruijff Arena en het Philips Stadion. “Dat geeft ook iets extra’s aan de meiden, dat je in zo’n stadion mag spelen. En op 7 mei mogen we ook in De Grolsch Veste spelen tegen FC Twente. Heel mooi. De tijd dat mensen konden zeggen dat vrouwenvoetbal er niet toe deed, is wel passé.”