Van Persie: "We hadden er wel vier of vijf moeten maken"
Feyenoord-trainer Robin van Persie stak zijn teleurstelling niet onder stoelen of banken na de 2-4-nederlaag tegen NEC. De coach zag zijn ploeg een sterke eerste helft spelen, maar opnieuw verzaakten de Rotterdammers in de afronding én in de scherpte na rust.
Volgens Van Persie lag de basis voor de nederlaag al in het eerste bedrijf. “Aan de gemiste kansen in de eerste helft,” begint hij. “Daar hadden we meer goals moeten maken. We spelen een fantastische eerste helft, maar krijgen hem na 37 minuten tegen. Dat was heel zuur. Gelukkig maak je nog gelijk in blessuretijd, maar we hadden er wel vier of vijf moeten maken.”
Tijdens de rust waarschuwde Van Persie zijn ploeg nog voor een slap begin van de tweede helft, maar die wens kwam niet uit. “We hebben heel erg gehamerd op goed, scherp en balvast beginnen en de duels spelen. Dat vond ik niet goed in de eerste vijf minuten. Je houdt de wedstrijd dan niet goed vast en dat vond ik persoonlijk heel vervelend.”
Hoewel Feyenoord via een fraaie treffer van Bart Nieuwkoop nog op 2-1 kwam, verdween de controle daarna volledig. “Je komt terecht in veel schakelmomenten. Dat is moeilijk tegen zo’n tegenstander om die ruimte steeds te bespelen. Daarin waren we slordig. Uiteindelijk krijg je die aanvallen tegen en twee goals. Dat was gewoon te makkelijk. We hebben er zo op gehamerd dat je NEC niet het gevoel moet geven dat er wat te halen valt, maar dat is niet gelukt.”
Ook in balbezit ontbrak het Feyenoord aan rust en precisie. “Op het moment dat wij 2-1 voor staan, moesten wij beter in de controle spelen. Ik snap dat spelers soms de ruimte in willen spelen met een hoge bal, maar soms moet je de bal kort houden om controle te bewaren. Dat hebben we niet goed uitgespeeld. Als die bal niet goed is, moet je weer terug in de omschakeling en sta je na een paar tellen weer in je eigen zestien.”
Van Persie kondigt aan dat er intern opnieuw stevig wordt geëvalueerd. “We gaan de punten benoemen die beter moeten: kort op de voorzet zitten, het lage verdedigen beter regelen, de duels spelen, eerste én tweede ballen winnen voor meer momentum. En ook de wedstrijd killen, soms het momentum eruit halen om de controle te behouden. Dat zal ik ze zeggen.”