VK Sportphoto
Nieuws
Timber: “Terugkeer bij Feyenoord was geen gedurfde beslissing”
Als kleine jongen droomde Quinten Timber ervan om samen met zijn tweelingbroer Jürrien in De Kuip te spelen. Desondanks maken de broers op jonge leeftijd de overstap naar de rivaal uit Amsterdam. Jürrien speelt daar nog steeds, maar Quinten keerde via een tussenstap bij FC Utrecht deze zomer terug bij Feyenoord, waar zoveel herinneringen terugkomen en waar hij dit seizoen onder Slot meteen basisspeler is. In de Voetbal International spreekt de middenvelder over de gewaagde stap naar Ajax, zijn terugkeer bij Feyenoord en de ontwikkeling van het team en van hem als speler.
Voor Timber was het bijzonder om terug te keren in Rotterdam: “Feyenoord heeft een groot deel uitgemaakt van het leven van onze familie en opeens doet de club dat wéér. Gek toch om hier weer te zijn.” De zomeraanwinst merkt dat de club zich evenals hijzelf heeft ontwikkeld: “Ik herkende nog maar weinig bij Feyenoord. Nieuw jeugdcomplex, nieuw trainingscomplex voor het eerste. De club heeft in die acht jaar dat ik weg was niet stilgestaan.”
Ook Quinten en zijn broer zijn constant bezig geweest met hun ontwikkeling en daarvoor werd al vroeg een gevoelige keuze gemaakt: “Jurriën en ik wilden een stap maken. We waren dertien jaar en hadden het gevoel dat we stilstonden bij Feyenoord. Ajax kwam bij ons met een goed verhaal. Daarom zijn we gegaan, een kwestie van gevoel en van een plan. Best moeilijk, want ik had het bij Feyenoord wel naar mijn zin.”
In Amsterdam kreeg de jonge Timber te maken met een cultuurverschil: “Toen ik naar Ajax ging, kwam ik terecht in een andere wereld. Feyenoord was familiair, best wel warm. Ajax ook wel, alleen moest je eerst winnen om het leuk te hebben. Het was er wat harder, killer. Individualistischer. Bij Feyenoord moest je kampioen worden, bij Ajax was het vanzelfsprekend dát je het werd.”
Deze zomer keerde Quinten via FC Utrecht dan toch weer terug in De Kuip, nadat Feyenoord diep in de buidel tastte: “Om mijn nek hangt het prijskaartje van een van de duurste spelers van Feyenoord ever. Maar daar word ik niet nerveus van. Ik ben juist blij dat Feyenoord dat bedrag voor me heeft willen betalen en het gevolg is dat je dan ook wel wat laat zien.” Timber zelf is overtuigd van zijn keuze: “Ik vind niet dat ik met Feyenoord een gedurfde beslissing heb genomen. Ik kende de club toch al? Zeker nadat ik een gesprek had gevoerd met Arne Slot. Hij was duidelijk in wat hij wilde en hoe de plannen waren.” Dit seizoen heeft hij de trainer ook van dichtbij kunnen meemaken: “Slot is een trainer die goed communiceert met zijn spelers, die helder uitlegt wat hij wil. Een perfectionist, maar wel een dúídelijke perfectionist die altijd zonder aanzien des persoons de vinger op de zere plek legt."
Door de vele veranderingen in de Rotterdamse selectie moest er echter al wel snel gesleuteld worden aan de plannen van de hoofdcoach: “Soms gebeuren er dingen waarop je als club ook geen invloed hebt. Maar wat er wél meteen in zat bij ons, is dat we toch moeilijk zijn te verslaan. En daar begint het wel mee. Als we nu nog beter gaan spelen, wat gaat gebeuren, kan het zomaar echt een mooi seizoen gaan worden. We zijn zelf alleen maar bezig met de ontwikkeling van het team. Hoef je ook niet bijzonder over te doen, trouwens, want je mag dat toch verwachten wanneer je als groep elke dag bij elkaar bent, traint en veel wedstrijden speelt. We zijn snelle leerlingen.”
Zijn veelzijdigheid zorgt ervoor dat Timber op meerder manieren een rol kan gaan spelen in het mogelijke succes van Feyenoord: “Ik kom in mijn kracht als ik van box-to-box kan spelen, ben ik eerlijk in. Met Geertruida als controleur, kan ik aanvallen en verdedigen. Maar een controlerende rol is ook prima, doordat ik wel in staat ben een bal af te pakken.”
Quinten speelt nu in het stadion waar hij in zijn jeugd van heeft gedroomd, maar dat betekent niet dat hij tevreden is: “Mijn doel is ook het Nederlands elftal halen, alleen zal ik daarvoor nog beter moeten worden bij Feyenoord. Nog dwingender, nog méér overtuiging in mijn spel. Nóg bepalender. Ik ben blij met de stappen die ik nu maak, maar weet ook dat het beter moet én dat ik dat ook kan. Die gedachte geeft me een soort van rust.”
Reacties