Willem van Hanegem (Soccrates Images)

Soccrates Images

Nieuws

Van Hanegem ziet weinig lichtpuntjes: "Ze hebben het vertrouwen niet"

Stan

Het gaat de laatste weken bij Feyenoord nog niet als gehoopt. In de eerste drie duels werd al tweemaal puntverlies geleden en de Rotterdammers lijken ook nog niet op het niveau van vorig seizoen. Willem van Hanegem heeft er ook zo zijn mening over en deelt die in de podcast Willem&Wessel van het Algemeen Dagblad met Wessel Penning.

"Je bent twee spelers kwijt. Dan is het nu net of er helemaal niets meer van het elftal overblijft. Dat is gek", begint Van Hanegem over het vertrek van Mats Wieffer en Yankuba Minteh. Ook Geertruida lijkt vandaag nog Rotterdam achter zich te laten. "Dat zijn hele belangrijke spelers voor Feyenoord. We zaten ook altijd te mopperen op die rechtsbuiten, Minteh. Dat gaat gewoon een hele goede speler worden. Hoe oud was hij nou, 19 of zo?", is het Feyenoord-icoon lyrisch over de Gambiaan. "Dan ben je twee spelers kwijt en is er niets meer over van je elftal. Want ik vond het laatste jaar eerlijk gezegd lang niet zo leuk en goed als de eerste twee jaar."

Spitsen
Hoe het dan komt dat het nu helemaal niet meer zo goed loopt? Van Hanegem noemt een van de redenen. "Luister, als jij middenvelder bent en je geeft de bal aan de spits, al meer dan drie kwart jaar, en die ballen vliegen alle kanten op, dan blijft er weinig over", verwijst hij naar Santiago Gimenez. "Hij heeft het helemaal niet. We hebben ook gezegd in het begin: als hij 7 wedstrijden niet fungeert, dan moet je hem eruit zetten en niet maar elke keer weer proberen, proberen, proberen."

Ook Ayase Ueda laat geen beste indruk achter. "Ik zie die Japanner nu weer, dat is ook verschrikkelijk. Ik denk dat hij bijna een jaar alleen nog maar alles heeft zitten opkroppen. Want het is zo, dat als je een hele goede spits bent en je ziet elke wedstrijd, uit of thuis, de spits maar rommelen en doen… en dan mag je er zeven of acht minuten in. Dan denk je: ‘Wat ben ik nu?'"

Van Hanegem weet dat ook de Japanse spits mee in zicht heeft. "Hij is veel beter dan dat hij nu laat zien. Het is hetzelfde met die spits waar al maanden niks van terechtkomt. Ik vraag me dan af: wat heeft hij nu? Hij heeft zulke goede wedstrijden gespeeld, maar echt hele goede dingen laten zien. Dat je denkt: godverdikkie. Toen zeiden we nog dat je wel eens kampioen kon worden door hem, afgelopen jaar. Ineens was het helemaal weg."

Klooien
Het tweetal praat verder over Brian Priske. "Het is makkelijk om te zeggen dat hij loopt te klooien, maar het is wel zo. Ik begrijp wel wat hij doet, dat is niet veel", is Van Hanegem kritisch.

Vooral op een belangrijk aspect heeft De Kromme wat aan te merken. "Wat is nu bij het voetballen het meest belangrijke? Dat is het middenveld. Soms staat er een middenveld, waarvan ik denk: dit is echt niet te geloven. We hebben een seizoen lang achter Zerrouki aangezeten, je hebt nog de kans gehad om hem niet te halen, maar we doen het toch maar. Als ik hem zie spelen, denk ik: wat is die aan het doen zeg? En dan probeert hij zichzelf ook nog vaak vanuit het middenveld te laten zakken, omdat daar meer ruimte is. Nee, je moet op het middenveld zijn", zegt Van Hanegem over de Algerijns international.

"Die linksbuiten, precies hetzelfde", moet ook Paixao eraan geloven. “Wat hij doet, hij gaat alleen maar voor zichzelf. Als je deze wedstrijden ziet nu, is hij alleen maar met zichzelf bezig. Dat is heel vervelend om te zien.”

Gebrek aan vertrouwen
Van Hanegem ziet voorlopig weinig lichtpuntjes bij Feyenoord. "Die en die en die zijn weg. Dan is de linksback geblesseerd, twee zelfs. Dan is er nog een geblesseerd, onze kale vriend Trauner. Zijn vervanger is over het algemeen goed, maar hij is ook niet meer zo goed", zegt hij over Beelen. Over diens verdedigingspartner Hancko, is hij dan weer meer te spreken. "Over het algemeen is hij wel goed, maar nu krijgt hij ook veel meer op zijn bordje. Ze lopen er steeds zomaar doorheen en dan moet hij het elke keer weer repareren."

Het komt volgens Van Hanegem door een gebrek aan vertrouwen. "De nieuwe trainer wil op een andere manier spelen, dat kan. Die andere drie jaar, waar de meeste spelers er nog van zijn, die denken als ze bezig zijn en het loopt niet, dan gaan ze denken van: het is vast niet goed wat we nu aan het doen zijn. Dan moet de trainer er ook aan denken, dat zij drie jaar heel goed bezig zijn geweest voor hun doen, kampioen geworden, goede wedstrijden gespeeld. Zo zijn zij elke keer aan het malen. Dat is het gevaarlijke, dan ga je twijfelen. Hij moet ze iets geven waarbij ze beseffen dat ze het vertrouwen krijgen. Dat hebben ze niet."

Delen