dsc00419

Nieuws

De ‘engelenbak’ van Feyenoord: “Voor mij was Vak S een warm bad”

Dennis

In 2025 is het vijftig jaar geleden dat supporter Boudewijn Warbroek zijn eerste Feyenoord-wedstrijd bezocht. In het boek ’Een halve eeuw Feyenoord’ haalt hij herinneringen op aan vijftig jaar supporterschap. Perspectief sprak uitgebreid met de markante supporter, die met liefde praat over de kameraadschap bij Feyenoorders onderling, Vak S, de huidige generatie spandoekenmakers en zijn ontmoeting met succestrainer Bert van Marwijk. “Ik vond het heel mooi om te horen met hoeveel warmte, trots en respect hij over de club spreekt.”

Boudewijn Warbroek(1963) neemt ons in zijn boek mee naar de mooiste momenten die velen van ons zullen doen terugdenken aan de eigen ervaringen (lees hier de recensie). De specifieke foto’s passen daarom zo goed bij de 37 hoofdstukken.

Je bent van hetzelfde geboortejaar en we zijn zo’n beetje gelijktijdig in Vak S terechtgekomen. Mocht jij zo makkelijk in 1979 een seizoenkaart voor Vak S aanschaffen van je ouders? Je woonde immers in Ede en jouw ouders hadden niet veel met voetbal op.
“Zeker in het begin stonden mijn ouders niet te springen dat ik naar Feyenoord ging. Het was een wilde tijd, bij elke uitwedstrijd gebeurde er wel wat. Maar op de een of andere manier hadden mijn ouders blijkbaar voldoende vertrouwen in mij. Toen ik na een paar jaar een seizoenkaart voor Vak S nam, was dat voor mijn ouders eigenlijk niets bijzonders. Ik ging toch al elke week naar die club, en ik denk niet dat de naam Vak S voor hen een speciale betekenis had.”

In 1974 zag je de roemruchte wedstrijd tussen Tottenham Hotspur en Feyenoord op televisie en je was meteen verkocht? Voor welke club was je in die periode daarvoor dan, FC Wageningen?
“Ik ben nooit voor een andere club geweest, het was voor mij altijd Feyenoord. Wel bewaar ik een heel speciale herinnering aan Wageningen. Dáár heb ik Feyenoord in 1975 namelijk voor het eerst zien spelen. Ik was elf jaar, en het maakte een verpletterende indruk. Ik weet nog precies hoe het voelde. Als we nu naar het stadion zouden gaan — het bestaat nog steeds — weet ik zeker dat ik je zó de plek kan aanwijzen waar ik stond, op de meter nauwkeurig. Die dag heeft mijn leven voorgoed veranderd. Vanaf dat moment is de club nooit meer uit mijn leven verdwenen.”

Wat zijn jouw herinneringen aan die ‘engelenbak’, zoals Het Vrije Volk-journalist en een van mijn leermeesters Dick van den Polder Vak S vaak liefkozend noemde?
“Ik heb er alleen maar prettige herinneringen aan. Mijn jeugd heeft zich hier voor een belangrijk deel afgespeeld. Ik ontmoette er trouw, loyaliteit, kameraadschap. We waren één. Eén groep, één front — daar kon niets of niemand tussen komen. In Ede had ik me altijd een buitenbeentje gevoeld. Hier, in Rotterdam, in Vak S, was alles anders. Voor mij was Vak S een warm bad. Er was geen enkel onderscheid, iedereen accepteerde elkaar als vanzelfsprekend. Het ging er niet om of je uit Ede kwam, uit Rotterdam, Schiedam of Vlaardingen. Je achtergrond of afkomst deed er totaal niet toe. Feyenoord was wat ons allemaal bond. Een heerlijke tijd.”

Tinus, Gijs, Cock, Santi, mannen waar tegenop werd gekeken. Gingen voorop in de strijd, zorgden voor extra sfeer. Stond jij in het midden of ergens onderin?
“Lange tijd heb ik in het midden gestaan, ongeveer op de plek waar de tweede ring begint. Als het gaat om sfeer, die begon vaak daar. Dan bedoel ik het zingen en aanmoedigen. Later stond ik ook wel achterin. Tijdens saaie wedstrijden kon je beter achterin staan. Dan maakten we het onderling leuk en gezellig, zonder al te veel naar het voetballen te kijken.”

Waarom heeft die periode zoveel indruk op je gemaakt?
“Internet bestond niet, dus nieuws las je in die tijd nog in de krant. En bijna elke maandag stond er wel iets in de dagbladen over Feyenoord-supporters als het ergens in Nederland weer uit de hand was gelopen. De dag ervoor had je alles met eigen ogen zien gebeuren. Je was niet alleen ooggetuige, maar ook onderdeel van het nieuws, zo voelde het. Nou, ook jij weet wel: op die leeftijd, als je een jong ventje bent, is dat allemaal heel spannend en sensationeel.”

Ik herinner me ook de vele vlaggen die nu nog zorgen voor kippenvel als ik terugdenk. Hoe mooi is het dat FSV De Feijenoorder al jaren vlaggenacties organiseert?
“Dat is fantastisch! Maar het voetbal ontwikkelt zich ook. Tegenwoordig zijn het vooral de grote sfeeracties waarmee Feyenoord opzien baart. Die enorme spandoeken, dat vind ik elke keer weer geweldig. Het sfeerteam van De Feijenoorder en FRFC1908 staat in Nederland op eenzame hoogte. Dat is echt niveau Champions League, daar kan niemand aan tippen. De manier waarop het bombardement op Rotterdam werd herdacht, bij de thuiswedstrijd tegen RKC, op 14 mei, was monumentaal. Ik had kippenvel over mijn hele lijf. De mannen die dit bedenken en uitvoeren verdienen werkelijk alle respect. Het is groots.”

Dan over je boek. Je schreef al teksten en columns voor diverse websites en bladen. Welke allemaal?
“Dat zijn er in de loop der jaren heel wat geweest. Het is begonnen bij het blaadje ‘De Feyenoord-Supporter’, in 1983. Dat was een uitgave van de supportersvereniging, een voorloper dus van de huidige ‘Hand in Hand’, waarvoor ik nog steeds actief ben. Verder heb ik zestien jaar lang columns geschreven voor het programmablad Stadion Sport Nieuws. Voor Lunatic News heb ik geschreven, voor Dagblad 010, en voor de jaarboeken van FRFC1908.”

Had je al die jaren al het idee om een eigen boek te gaan schrijven over jouw ervaringen?
“Nee, dat idee is eigenlijk pas in het najaar van 2024 opgekomen. Samen met Peter Blokdijk had ik in 2004 en 2008 al twee Feyenoord-boeken geschreven: ‘Leven met Feyenoord’ en ‘Legioen!’ Die boeken gingen over herinneringen en anekdotes van andere supporters. Omdat het in 2025 vijftig jaar geleden is dat ik mijn eerste wedstrijd bezocht, leek het me leuk om nu een boek te maken over mijn eigen ervaringen, belevenissen en gedachtes. Maar dat bedacht ik pas in het najaar van 2024. Daar heb ik toen Edwin Veekens van de Rotterdamse uitgeverij Kyosei over gebeld, en hij reageerde direct enthousiast. Zo is het balletje gaan rollen.”

In 2006 en 2020 was je zwaar ziek. Feyenoord heeft je door die eerste rotperiode heen geholpen?
“Dat klopt, ja. Ik had nierkanker, en was er op een gegeven moment echt slecht aan toe. Mijn vrouw merkte ook dat ik steeds verder wegzakte. Ze wilde mij een oppepper bezorgen, en wist dat Feyenoord hierin een rol zou kunnen spelen. Via een van mijn kameraden heeft ze toen de club benaderd. Het gevolg was dat kort hierna een persoonlijke brief van Pierre van Hooijdonk op de mat plofte, compleet met een door alle spelers gesigneerd wedstrijdshirt. Dat gaf me een enorme boost, en geeft absoluut bijgedragen aan mijn herstel. Het feest was voor mij helemaal compleet toen ik kort hierna werd uitgenodigd om de toenmalige voetbalschool van Feyenoord in Ghana te bezoeken. Dat was een prachtige ervaring. In mijn boek beschrijf ik dit allemaal.”

Een tijdje de club alleen via internet en tv moeten volgen, hoe was dat dan?
“Dat was waardeloos. Ik weet nog dat Feyenoord naar RKC moest voor de beker. Op dat moment lag ik in het ziekenhuis. Mijn jongste dochter ging samen met mij naar de wedstrijd kijken, maar ik was er zo beroerd aan toe, dat ik op een gegeven moment wegzakte en in slaap viel. Toen ik wakker werd, was Feyenoord nog uitgeschakeld ook. Maar goed, toen ik eenmaal enigszins hersteld was, wist ik niet hoe snel ik weer naar De Kuip moest gaan. Dat voelde heerlijk. En heel gek, maar dan lijkt het alsof je nooit bent weggeweest.”

Je mocht het eerste exemplaar van je boek overhandigen aan Bert van Marwijk. De man die trainer was op 8 mei 2002. Die finale tegen Borussia Dortmund bezocht je met je dochter. Kon je eenvoudig aan kaarten komen toentertijd?
“Als uitkaarthouder had ik toen voorrang bij de kaartverkoop. Sterker nog: ik was verzekerd van een kaart, en kon op mijn gemakje naar de Primera lopen om mijn ticket op te halen. Dat was een ongekende luxe. Ook voor mijn dochter, die net als ik een seizoenkaart had, heb ik toen een wedstrijdkaart kunnen krijgen. Dat kostte wat meer moeite, maar het is wel gelukt. We zaten tijdens de finale samen op ons eigen Vakkie U, waar we altijd zaten.”

Hoe was de boekpresentatie?
“Die was zeer geslaagd. Ik kon een groep van veertig kameraden uitnodigen, dus het is een mooi Feyenoord-feestje geworden, haha. In de zaal zaten verschillende supporters die ik al meer dan 45 jaar ken. Daarnaast waren uiteraard mijn vrouw, kinderen en kleinkinderen er ook. Tijdens de presentatie is een aflevering opgenomen van de bekende podcast Geluid van Zuid. Die is nog steeds terug te luisteren. Mijn kleinzoon Noach heeft het eerste boek aan Bert overhandigd.”

Nog leuke anekdotes van Bert van Marwijk gehoord die je niet wist?
“Zeker. Bert was goed op dreef, je zou de podcast nog eens moeten terugluisteren. Nieuw was voor mij dat Bert in zijn tijd als speler drie keer bijna bij Feyenoord terecht was gekomen. En ik vond het heel mooi om te horen met hoeveel warmte, trots en respect hij over de club spreekt.”

Het is nu begin juni, gaat de verkoop lekker en waar zijn de boeken te koop?
“De verkoop gaat prima, dus daar ben ik heel blij mee. Het boek is verkrijgbaar via de website van uitgever Kyosei, en verder bij elke boekhandel in Nederland, en ook via webshops als Bol.com.”

We zijn beiden bevriend geweest met wijlen Jan Oudenaarden. Mis je hem ook zo?
“Enorm. Eindeloos kon ik met Jan praten over onze gedeelde passie — over Feyenoord dus. Vaak begonnen we in het heden, maar dwaalden we al snel af naar het verre verleden: naar de jaren dertig of veertig. Dan ging het over de bittere armoede tijdens de crisisjaren, en de verschrikkingen van de Tweede Wereldoorlog. Jan kon daar prachtig over vertellen, hij wist alles. Zo heeft hij ooit achterhaald dat een bekende Feyenoorder, die zelf straatarm was, zijn medespelers heeft bestolen in de kleedkamer. Het zijn gesprekken die me altijd bij zullen blijven, net als Jans nuchterheid en gortdroge humor. 

Met Jan had ik een groot boekenproject op stapel staan, het schrijfwerk hiervoor was al een hele tijd klaar. Door allerlei omstandigheden was het alleen nog niet tot afronding bij een uitgever gekomen. Dit moment was echter wel nabij, en toen overleed Jan.

Feyenoord en alle supporters moeten Jan eeuwig dankbaar zijn voor de gedetailleerde manier waarop hij de historie van onze club heeft vastgelegd. Zijn boeken over de clubgeschiedenis vormen een standaardwerk dat zijn gelijke niet kent. Het mooie is dat Jan daardoor wel blijft voortleven. Zijn levenswerk zal tot in lengte van jaren geraadpleegd worden, en als bron dienen voor weer nieuwe boeken en verhalen. Het besef hoe belangrijk Jan is geweest voor de geschiedschrijving van Feyenoord, zal in de toekomst alleen maar verder toenemen. En dat vind ik een heel waardevolle gedachte.”

Twijfel niet en bestel her boek hier.

boudewijn

Delen